Nog eindeloos veel te ontdekken als vergunningverlener in de luchtvaart

Wat Mariska namelijk wél beviel aan haar vorige functie was dat ze zich bezighield met certificeren. Maar dat was niet het enige onderdeel van de functie van vergunningverlener waarop ze aansloeg. Juist de combinatie van het interpreteren van wet- en regelgeving én het veld ingaan, trok haar over de streep. ‘Ik miste de vliegtuigen. Die waren juist dé reden dat ik voor aviation studies had gekozen.’

Grote aanvragen

Een belangrijk onderdeel van Mariska’s werk is het bezoeken van onderhoudsbedrijven. Voor de uitvoer van hun werkzaamheden zijn zij afhankelijk van de toestemming die de ILT verleent. ‘Als een onderhoudsbedrijf bijvoorbeeld een nieuw type vliegtuig wil onderhouden, dan hebben ze daar een vergunning voor nodig. Dat soort complexe aanvragen komen bij mij binnen.’

Mariska start de behandeling van een aanvraag ‘on-desk’ waar ze de relevante wet- en regelgeving erbij zoekt. Daarna volgt een bezoek ‘on-site’ waar ze de papieren werkelijkheid toetst aan de praktijk.

Hoge eisen

Mariska: ‘De luchtvaart is gebonden aan zeer strenge regelgeving. Aan bijna elk onderdeel dat op een vliegtuig geïnstalleerd kan worden, worden hoge eisen gesteld. Om daar als onderhoudsbedrijf mee te mogen werken, heb je een erkenning nodig. Die erkenningen of vergunningen verleen ik.’

De bedrijven waarmee Mariska veel werkt, variëren in aard en omvang. Sommige richten zich op grote luchtvaartuigen zoals Boeing 747, maar er zijn ook bedrijven die onderhoud uitvoeren aan privévliegtuigen, helikopters of heteluchtballonnen.

Droge wetten worden tastbaar

Wat Mariska zelf ook verraste toen ze aan de slag ging, is de verscheidenheid aan vliegvelden die de Nederlandse luchtvaart rijk is. Schiphol, Lelystad en Vliegveld Eelde kende ze al. ‘Maar we hebben ook grasbaantjes, zoals in Hilversum en Seppe.’

De wet- en regelgeving waarmee ze werkt bij de ILT is gebaseerd op de Europese afspraken van de EASA. Dat is haar wetkader. Tijdens de interne opleiding die ze volgde, liep ze regelmatig mee met ervaren collega's. ‘Zo leer je wat de theoretische voorbeelden betekenen in de praktijk. Dat maakt droge wetten gelijk tastbaar.’

Vier-ogen-principe

Binnen de ILT werkt Mariska grotendeels zelfstandig. Ze is verantwoordelijk voor een cluster bedrijven. Tegelijkertijd kan ze binnen haar team een beroep doen op collega-vergunningverleners en toezichthouders. ‘We werken altijd volgens het vier-ogen-principe. Dat is een standaardonderdeel van ons kwaliteitsproces.’

Hoewel ze feitelijk geen toezicht houdt (dat doen de inspecteurs), loopt er af en toe wel een toezichthouder met haar mee. ‘Dan weten ze wat hen later te wachten staat.’ Omgekeerd gaat ze ook weleens mee naar een audit. ‘Je bouwt een verstandhouding op met bedrijven waar je later misschien weer een aanvraag van krijgt. Die kennis helpt als je een interpretatie moet maken.’

Kort door de bocht

Vaak begint Mariska het gesprek over een vergunningaanvraag met de contactpersoon die de aanvraag vanuit het bedrijf leidt. Soms komt ze zaken tegen die om aanscherping vragen. ‘Op een gegeven moment weet je waar men te kort door de bocht wil gaan. Dus daar letten we op.’

Opvallende casussen en wijzigingen in de wet- en regelgeving worden besproken in de vakgroep. ‘Die uitwisseling van kennis en ervaring is heel belangrijk. Zo houden we elkaar als toezichthouders en vergunningverleners niet alleen bij de les, maar geven we ook aandachtspunten mee, praktische dingen waar je op moet letten in de praktijk.’

Volop nieuwe ontwikkelingen

Binnen de luchtvaartsector spreekt men over vliegen op waterstof, de eerste elektrisch aangedreven vliegtuigen gaan de lucht in en de opkomst van drones creëert nieuwe uitdagingen. Die ontwikkelingen maken Mariska’s werk juist interessant. Er zijn volop mogelijkheden om bij te leren en verder te groeien. ‘Dat is het leuke aan dit werk. De verandering in de luchtvaartsector is constant. Misschien gaan we in de toekomst wel onbemand vliegen. Hoe ga je daar als vergunningverlener mee om? Eén ding is zeker: er valt in dit vak nog eindeloos veel te ontdekken.’