Als samenleving willen we dat de dieren in ons land een goed leven hebben. De maatschappelijke en ethische vraagstukken die hierbij komen kijken, daarover adviseert de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA). In eerste instantie aan de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur. Maar ook aan beleidsmakers, bedrijven in de dierensector en andere belanghebbenden. U bent als voorzitter ons boegbeeld, prikkelt het debat en stuurt strategisch op adviezen waarmee we de dieren in Nederland écht vooruit kunnen helpen.
De rode draad in deze rol is het zoeken naar begaanbare wegen binnen de thema’s die op onze meerjarenagenda staan, zoals: hoe ziet het houden van dieren er uit als we willen dat zij lekker in hun vel zitten? Wanneer hebben wij het recht om dieren te doden? Hoeveel ruimte maken we in ons dichtbevolkte land voor wilde dieren, ook als die soms gevaar of schade veroorzaken?
Het gaat om complexe vraagstukken waarover de visies sterk verschillen. Niet alleen in de maatschappij maar ook bij onze raadsleden die uiteenlopende achtergronden hebben in de praktijk, het onderwijs en de wetenschap. U zoekt als voorzitter altijd de verbinding, ook met de externe partijen. Tegelijkertijd bewaakt u de kwaliteit van onze adviezen en de onafhankelijkheid van de Raad. We kijken vanuit het perspectief van het dier en op basis van de wetenschap en de praktijk hoe we samen verder kunnen komen. Daarbij hebben we oog voor emoties en maken we altijd gebruik van de meest actuele kennis en feiten. Die vormen het onmisbare fundament onder ons werk.
U bent de gesprekspartner voor de minister en de ambtelijke top, en het gezicht van de RDA als we onze rapportages (zienswijzen) naar buiten brengen. U kunt ook gevraagd worden om deze te duiden in de Tweede Kamer. Daarnaast bezoekt u regelmatig onze stakeholders om hen bij te praten over onze werkzaamheden en te horen wat voor hen de belangrijkste dierenaangelegenheden zijn. We willen uiteraard dat de politiek met onze adviezen aan de slag gaat. Soms gebeurt dat niet direct, maar dan pakken ngo’s en het bedrijfsleven ze vaak wél op. Zo zet u met de Raad de samenleving in beweging om op nieuwe, acceptabele manieren met dieren om te gaan.