Juist nu is het werk bij de Belastingdienst extra uitdagend
Pauline Harmsen
Senior adviseur Informatiehuishouding
Belastingdienst
Studeerde museologie aan Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Begon daarna aan een bachelor geschiedenis en deed een master archiefwetenschap. Heeft haar interesse voor (familie)geschiedenis van haar opa. Werkte bij verschillende archieven, waaronder het Nationaal Archief. Werkt sinds 2021 bij de Belastingdienst. Is lid van het burgerhulpnetwerk van het Rode Kruis. Bezoekt graag musea en theaters.
Je kunt door de toeslagenaffaire vanaf de zijkant roepen dat alles misgaat, maar je kunt ook je steentje bijdragen. Voor Pauline Harmsen was het in ieder geval een extra motivatie om bij de directie Klantinteractie en Services van de Belastingdienst te solliciteren. Nu zorgt ze voor bewustwording van goede archivering binnen een directie van 2500 collega’s, van onder andere de Belastingtelefoon.
‘Archieven vond ik altijd al interessante plekken. Tijdens mijn studie geschiedenis liep ik daarom stage bij een archief. Ik voelde me meteen thuis. Eerst dacht ik dat je de boeken in zou duiken, maar er is natuurlijk ook een enorme berg aan digitale data. Voor de toekomst moeten we naar duurzame en toegankelijke archieven.
Bij het Nationaal Archief werkte ik aan kennisproducten voor digitale archivering. Ik overlegde hiervoor met veel belanghebbenden. Een mooie baan, maar na 3 jaar wilde ik terug het veld in en me richten op de primaire processen. Mijn collega Lotte wees me op de vacature voor een adviseur Informatiehuishouding bij de Belastingdienst. Ik wilde iets betekenen, en bij de Belastingdienst is het werk juist nu extra uitdagend.
Ik adviseer de directie Klantinteractie en services over de verbetering van de informatiehuishouding. De hele directie bestaat uit 2500 collega’s, dus ik ken nog lang niet iedereen. Het is wel goed om te zien dat er dankzij de toeslagenaffaire ook veel bewustwording is voor het belang van archivering. Eerlijk is eerlijk, er is nog werk aan de winkel om alles goed op orde te krijgen.’