Satellietmetingen als basis
‘Ik kijk naar aanleiding van de satellietwaarnemingen waar luchtvervuiling vandaan komt. Ik kijk met name naar stikstofdioxide, dat veel vrijkomt door verkeer en elektriciteitscentrales. Dan reken ik terug naar de bron die de luchtvervuiling veroorzaakt heeft. Daar ben ik op gepromoveerd. Dit is redelijk nieuw en experimenteel werk. Zo geven we op een andere manier steeds meer meerwaarde aan satellietmetingen.
Terug naar de bron
Veel landen en steden zijn geïnteresseerd in emissiegegevens. Ze willen weten wat de industrie uitstoot. Of wat de internationale scheepvaart bijdraagt aan de uitstoot van luchtvervuilende stoffen. In Europa hebben we daar al een aardig beeld van. De satelliet meet de vervuilde concentratie en met mijn algoritme kan ik terugrekenen naar de bron. Dat doen we met name voor China. Maar het Midden-Oosten is ook interessant. We combineren satellietmetingen met meteorologie en chemie, want ik moet weten waar vervuilingpluimen naar toe gewaaid zijn. Of soms lijkt de lucht schoon, maar dat komt dan omdat het geregend heeft.
Luchtkwaliteitmodellen
Als je weet waar de emissiebronnen zitten dan kun je ook luchtkwaliteitmodellen verbeteren, en beter de luchtkwaliteitverwachting uitrekenen. Het RIVM heeft een app ontwikkeld die de luchtkwaliteit in Nederland toont, daar leveren wij ook input voor. Voor mensen die direct gezondheidsklachten ondervinden.
Of je wilt weten wat luchtkwaliteit is bij een snelweg of een school. Luchtkwaliteit wordt wel gemeten maar op de grond. Dat gebeurt met hele dure apparatuur. We zijn ook bezig met alternatieve, goedkopere meettechnieken. We kunnen niet de luchtvervuiling van een snelweg met een satellietmeting zien. In de toekomst gaan we grondmetingen combineren met satellietmetingen. Dan is het beeld compleet.
All-rounder
Het werk wat ik doe heeft maatschappelijk nut. Je bent bezig met een product dat de mensheid helpt. Je brengt dingen in kaart die appelleren aan het bewustzijn. Luchtvervuiling is wel degelijk een probleem. Daarnaast heb ik de speelruimte om te doen wat ik leuk vind. Innovatief bezig zijn, spelen met gegevens en onderzoeken. Dat gepuzzel, daarvoor wordt je wetenschapper. Je kunt ruimte creëren voor eigen initiatieven. Als er nog geen gereedschappen zijn dan kun je die ontwikkelen. Op deze afdeling werken veel natuurkundigen en sterrenkundigen. Natuurkunde en wiskunde heb je echt nodig om de atmosfeer en meetprincipes te begrijpen. Alsof je een wazig plaatje hebt en een bril opzet. Het is een wetenschapscultuur. Daarnaast ben je bezig met programmeren, data verwerking en analyse. We zijn echte all-rounders hier.’